Wijzigingen in de Wsw

In 2008 is de Wet sociale werkvoorziening gewijzigd. De bedoeling van deze wijzigingen is het stimuleren van mensen met een Wsw-indicatie om de beweging van binnen naar buiten te maken. Dat betekent van een werkplek binnen de sociale werkvoorziening naar regulier werk. Zoals de Wsw tot 2008 werd uitgevoerd vond maar een klein aantal Wsw-gerechtigden een begeleidwerkenplek bij een reguliere werkgever, dus buiten de muren van het sw-bedrijf (sw staat voor sociale werkvoorziening). Dit terwijl volgens het UWV-werkbedrijf een groot aantal Wsw-gerechtigden in staat is om buiten het sw-bedrijf te werken. Om die beweging van binnen het sw-bedrijf naar buiten te stimuleren is de wet aangepast.

Tabel Volume ontwikkeling Wsw 2008

 

 

 

 

 

 

De cijfers van tabel S1 uit, Toekomst van de Wsw-raden een doelgroepanalyse, (Bron: Santen, P van, Oploo, M van, Engelen, M . Wsw statistiek 2008) tonen het grote verschil aan tussen het aantal mensen dat werkzaam is binnen het sw-bedrijf, de dienstbetrekkingen, en het aantal dat begeleid werkt. Momenteel krijgt 50% van de Wsw’ers het advies om begeleid te gaan werken. Maar uit cijfers blijkt dat het advies niet gevolgd wordt of misschien te volgen is. Van de in totaal ongeveer 100.000 Wsw-gerechtigden die al werkzaam zijn in de Wsw, stroomt er landelijk maar 6.7% uit. Dat kan door pensioen, verslechtering van de beperking waardoor iemand in de ondergrens kom en dus naar dagbesteding gaat. Echter 3% van de uitstroom gaat werken op de reguliere arbeidsmarkt. Bij het realiseren van een Wsw-plek moeten de mogelijkheden en capaciteiten van de Wsw-gerechtigden centraal staan, dit stelt de wet uit 2008. In het verleden bepaalde vaak het aanbod van vacatures in het sw-bedrijf waar iemand aan het werk ging en niet de capaciteiten van de Wsw-gerechtigden zelf. Dankzij de wijzigingen uit 2008 hebben Wsw’ers meer keuzevrijheid wanneer zij nu begeleid willen werken. Overigens blijkt in de praktijk dat het niet zo eenvoudig is om de beweging van binnen naar buiten te maken, zoals u ook op kunt maken uit tabel S1.

De gemeenten stonden vóór 2008 vaak op grote afstand van sw-bedrijven/ uitvoeringsbedrijven, die op hun beurt zowel het beleid als de uitvoering op zich namen. Dankzij de wetswijziging kunnen gemeenten nu meer sturen op de beleidsdoelen van de Wsw. Ook kunnen Wsw-geïndiceerden nu invloed uitoefenen op het gemeentelijk Wsw-beleid. Dat was voor 2008 niet het geval. De wijzigingen hebben als doel het vergroten van de zelfsturing van de Wsw’ers. De wijzigingen die per 1 januari 2008 zijn doorgevoerd, borduren voort op een traject van modernisering van de Wsw dat al in 2005 in gang is gezet. Zo werd in 2005 de indicatie niet langer door gemeenten gedaan maar door een onafhankelijke instantie: het toenmalige Centrum voor Werk en Inkomen (nu UWV-werkbedrijven). De mogelijkheden en capaciteiten van Wsw-gerechtigden staan in deze indicatie centraal. Wsw’ers kunnen nu ook zelf een aanvraag doen voor een persoonsgebonden budget begeleid werken (PGB bw), waarmee zij zelf een begeleidwerkenplek en begeleiding kunnen zoeken. Nieuw is ook dat er inzage is in het wachtlijstbeheer. De Wsw’er kan nu navragen wat zijn plek op de wachtlijst is.

Tot slot is er recht op cliëntenparticipatie. Elke gemeente in Nederland moet Wsw’ers de mogelijkheid bieden om mee te denken en te adviseren over het gemeentelijk Wsw-beleid. De gemeente is verantwoordelijk voor het realiseren van arbeidsplaatsen voor de Wsw-gerechtigden in de eigen gemeente en is zelf financieel verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wsw. De gemeenten hebben wel de vrijheid om een uitvoeringsvorm te kiezen en kunnen bijvoorbeeld samen gaan werken in een werkvoorzieningschap. Daarbij dragen zij dan bepaalde taken en bevoegdheden over aan het zo geheten schap. Een dergelijk schap is een samenwerkingsverband tussen gemeenten op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Echter houden de individuele gemeenten in een dergelijk schap wel zelf de verantwoordelijkheid voor de financiering en het aanleveren van de verantwoording- en beleidsinformatie. Regels over de uitvoering van de wet moeten geformuleerd worden in verordeningen.